Toelichting waterschapsbelasting 2021
Aan het waterschap wordt waterschapsbelasting betaald (Zuiverings-, watersysteem- en wegenheffing) voor de taken die het waterschap uitvoert. De zuiveringsheffing is het tarief dat je betaalt voor het zuiveren van het rioolwater. De watersysteemheffing betaal je voor veilige dijken en schoon en voldoende oppervlaktewater. Daarnaast betalen de inwoners en bedrijven in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden voor het onderhoud aan de polderwegen buiten de bebouwde kom.
Zuiveringsheffing
De zuivering van afvalwater dat door huishoudens en bedrijven op de riolering wordt geloosd wordt uit de opbrengst van de zuiveringsheffing bekostigd. Voor de zuiveringsheffing geldt dat de hoogte van de aanslag in beginsel afhankelijk is van de hoeveelheid afvalwater en de mate waarin dit afvalwater vervuiling bevat. Uit overwegingen van eenvoud van de uitvoering en om de invorderingskosten beperkt te houden, gelden voor woonruimten en kleine bedrijven forfaits. Voor middelgrote bedrijven wordt de aanslag met gebruikmaking van de Tabel afvalwatercoëfficiënten vastgesteld. Grote bedrijven stellen de vervuilingswaarde van hun afvalwater door middel van meting, bemonstering en analyse vast. Dit worden ook wel de meetbedrijven genoemd.
De heffingsmaatstaf voor de zuiveringsheffing is de vervuilingseenheid. Het tarief voor de zuiveringsheffing stijgt ten opzichte van 2020 met 3,1% en bedraagt in 2021 € 56,67.
Een eenpersoonshuishouden betaalt één vervuilingseenheid. Een meerpersoonshuishouden betaalt 3 vervuilingseenheden.
Watersysteemheffing
Belangrijk uitgangspunt bij het betalen van watersysteemheffing is de relatie tussen ‘belang¬betalingzeggenschap’: als er belang is bij de waterschapsvoorzieningen, moet er worden meebetaald aan de kosten van die voorzieningen en is er ook zeggenschap in het waterschaps-bestuur. Iedereen die in het gebied van het waterschap woont en/of in het gebied van het waterschap een onroerende zaak (een gebouw, een stuk grond, een (spoor)weg, een natuurterrein) in eigendom heeft, heeft belang. Voor de watersysteemheffing is vooral de relatie tussen belang en betaling essentieel. De Waterschapswet onderscheidt op dit moment vier groepen die bij het watersysteembeheer belang hebben en dus ook belastingplichtig zijn. Ingezetenen, eigenaren gebouwd, eigenaren ongebouwd en eigenaren natuur.
Wie betaalt wat?
Wat elke groep moet bijdragen aan de taakuitoefening, wordt door de waterschappen via de kostentoedeling bepaald. Minstens eenmaal in de vijf jaar bepalen de waterschappen op basis van de regels die hiervoor in de Waterschapswet en het Waterschapsbesluit zijn gesteld, welke groep welk procentueel aandeel in de kosten moet dragen. De kostentoedelingsverordening is per 1 januari 2020 herzien.
Karakter watersysteemheffing
De watersysteemheffing is op dit moment een heffing met zowel elementen van solidariteit als elementen van profijt. De burgers van het waterschap (de ingezetenen) brengen het solidariteitsdeel van de heffing op, de eigenaren het profijtdeel. De keuze van de wetgever om de watersysteem-heffing op zowel het solidariteits als het profijtbeginsel te baseren, komt voort uit het feit dat het waterschap zowel maatregelen treft die aan eenieder in het gebied in min of meer gelijke mate ten goede komen (algemeen belang van de ingezetenen), als maatregelen treft die in het belang van een of meer specifieke groepen zijn (specifiek belang).
Ingezetenen
Het kostenaandeel van de groep ingezetenen is afhankelijk van de inwonerdichtheid in het waterschapsgebied. Ingezetenen betalen het solidariteitsdeel van de heffing. Dankzij de voorzieningen van het waterschap kunnen de inwoners wonen, werken en recreëren in het gebied van het waterschap. Het belang van de ingezetenen is zoals gezegd een algemeen belang: een belang waarvan eenieder in min of meer gelijke mate profijt heeft.
Eigenaren
De Waterschapswet onderscheidt op dit moment drie afzonderlijke groepen (categorieën) belanghebbende: - eigenaren van gebouwen, - eigenaren van grond en eigenaren van natuurterreinen.
Bij de eigenaren is vooral het profijtbeginsel van toepassing. Eigenaren hebben profijt omdat hun eigendommen door de activiteiten van de waterschappen beschermd worden, in stand worden gehouden en worden gefaciliteerd, waardoor de eigendommen aan hun economische en gebruiksfunctie kunnen blijven voldoen. De economische waarde van elke groep en de onderlinge waardeverhouding tussen de groepen bepaalt op dit moment wat het kostenaandeel van elke belanghebbende categorie is. De uiteindelijke heffing is gebaseerd op de WOZ-waarde als het om gebouwde objecten gaat en op hectares als het om ongebouwde objecten en natuurterreinen gaat.
Tariefdifferentiaties
Uitgangspunt van de wet is dat binnen het gebied van een waterschap voor elke onderscheiden belastingplichtige categorie hetzelfde belastingtarief geldt. De wetgever heeft door middel van een systeem van tariefdifferentiaties echter rekening gehouden met het feit dat er onroerende zaken kunnen zijn die vanwege hun aard of vanwege hun ligging in het waterschapsgebied meer of minder belang bij de taakuitoefening hebben.
Waterschap Rivierenland kent de volgende tariefdifferentiaties voor onroerende zaken die:
- buitendijks zijn gelegen: -50% lager tarief;
- verharde openbare weg zijn: 400% hoger tarief.
Rechtstreeks toerekenen kosten kwijtschelding
In beginsel worden de kosten van het watersysteembeheer tezamen genomen en vervolgens aan de diverse categorieën toegedeeld. De wet biedt de mogelijkheid om de kosten voor kwijtschelding rechtstreeks aan de betrokken categorieën toe te rekenen. In dat geval worden deze kosten afgezonderd van de totale kosten van het watersysteem-beheer en rechtstreeks bij die categorie ondergebracht die deze kosten veroorzaakt. De kosten van kwijtschelding worden veroorzaakt door de categorie ingezetenen. Het Algemeen Bestuur heeft bij besluit van 21 juni 2019 besloten de kosten van kwijtschelding rechtstreeks toe te rekenen aan de categorie ingezetenen.
Heffingsopbrengstontwikkeling 2021
De opbrengst watersysteemheffing bedraagt € 119,6 miljoen in 2021 (stijging van € 4,4 miljoen). De stijging is voor € 1,5 miljoen het gevolg van prijs- en loonontwikkeling en de maatregelen die Waterschap Rivierenland neemt ter bescherming tegen overstromingen en het zorgen voor voldoende water in het rivierengebied. Daarnaast neemt de heffingsopbrengst met circa € 2,9 miljoen toe om te groeien naar een kostendekkende belastingopbrengst.
Voorbeeldaanslagen exclusief wegentaak
Belasting |
Aanslag 2020 |
Aanslag 2021 |
Verschil % |
Absoluut € |
---|---|---|---|---|
Meerpersoonshuishouden (huurwoning) Ingezetene, met 3 v.e. |
€ 275,27 |
€ 283,97 |
3,2% |
€ 8,70 |
Eenpersoonshuishouden (huurwoning) Ingezetene, met 1 v.e. |
€ 165,31 |
€ 170,63 |
3,2% |
€ 5,32 |
Meerpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 3 v.e. en WOZ-waarde van € 250.000. |
€ 380,33 |
€ 391,88 |
3,0% |
€ 11,55 |
Eenpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 1 v.e. en WOZ-waarde van € 250.000. |
€ 270,37 |
€ 278,54 |
3,0% |
€ 8,17 |
Meerpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 3 v.e. en WOZ-waarde van € 400.000. |
€ 443,37 |
€ 456,62 |
3,0% |
€ 13,25 |
Eenpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 1 v.e. en WOZ-waarde van € 400.000. |
€ 333,41 |
€ 341,59 |
2,5% |
€ 8,18 |
Glastuinbouwbedrijf WOZ-waarde € 1.500.000, 2 hectare ongebouwd, 3 v.e. |
€ 967,90 |
€ 996,07 |
2,9% |
€ 28,17 |
Agrarisch bedrijf Opstallen met WOZ waarde € 240.000, 25 hectare ongebouwd en 3 v.e. |
€ 2.423,05 |
€ 2.506,10 |
3,4% |
€ 83,05 |
Melkveebedrijf WOZ-waarde € 400.000, 40 hectare ongebouwd, 3 v.e. |
€ 3.784,64 |
€ 3.914,66 |
3,4% |
€ 130,02 |
Natuurterreinbeheerder 1.000 hectare ongebouwd |
€ 7.640,00 |
€ 7.900,00 |
3,4% |
€ 260,00 |
Groothandel WOZ-waarde € 2.000.000, 10 v.e. |
€ 1.390,30 |
€ 1.429,97 |
2,9% |
€ 39,67 |
Metaalbedrijf WOZ-waarde € 12.000.000, 450 v.e. |
€ 28.943,51 |
€ 29.817,87 |
3,0% |
€ 874,37 |
NB: De aanslagoplegging voor eigenaren gebouwd 2020 is gebaseerd op de WOZ-waarde met peildatum 1-1-2019. De aanslagoplegging voor eigenaren gebouwd 2021 is gebaseerd op de WOZ-waarde met peildatum 1-1-2020. In de voorbeeldaanslagen is rekening gehouden met een verwachte stijging van de WOZ-waarde van 1-1-2019 naar 1-1-2020 met 6,6%. De aanslag 2021 van een woning met een WOZ-waarde met peildatum 01-01-2020 van € 250.000 is daarom te vergelijken met de aanslag 2020 van een woning met een WOZ-waarde met peildatum 01-01-2019 van € 234.521.
Wegenheffing
De Wegenheffing is ter dekking van de kosten van het beheer van wegen in het gebied van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. Hierin wordt een onderscheid gemaakt in vier belastingcategorieën te weten:
- Ingezetenen;
- Gebouwd (zakelijk gerechtigden van gebouwde eigendommen);
- Ongebouwd (zakelijk gerechtigden van ongebouwde eigendommen);
- Natuur (zakelijk gerechtigden van natuurterreinen).
De per categorie verschuldigde waterschapslasten worden berekend door de toegerekende netto-kosten te delen door het aantal belastbare eenheden.
Kostentoerekening wegenheffing
De kostentoerekening naar de belastingcategorieën vindt plaats aan de hand van de toerekening percentages zoals die zijn vastgelegd in de kostentoedelingsverordening. Het aandeel van de categorie ingezetenen is hierbij bepaald op basis van de inwonerdichtheid in het gebied. Het restant is verdeeld op basis van de waardeverhouding tussen gebouwd, ongebouwd en natuur.
Categorie |
Toerekening percentage |
---|---|
Ingezetenen |
50,000% |
Gebouwd |
44,480% |
Ongebouwd |
5,463% |
Natuur |
0,057% |
Rechtstreeks toerekenen kosten kwijtschelding (solidariteitsbeginsel)
In beginsel worden alle kosten van de wegentaak toebedeeld aan de diverse categorieën. De wet biedt de mogelijkheid om de kosten voor kwijtschelding rechtstreeks aan de betrokken categorieën toe te rekenen. In dat geval worden de kosten van kwijtschelding rechtstreeks bij die categorie ondergebracht die deze kosten veroorzaakt. De kosten van kwijtschelding worden veroorzaakt door de categorie ingezetenen. Het Algemeen Bestuur heeft bij besluit van 21 juni 2019 besloten de kosten van kwijtschelding rechtstreeks toe te rekenen aan de categorie ingezetenen.
Heffingsopbrengstontwikkeling 2021
De opbrengst wegenheffing bedraagt € 8,2 miljoen in 2021 (+ 0,2 miljoen). De stijging is het gevolg van prijs- en loonontwikkeling.
Voorbeeldaanslagen inclusief wegentaak (gebied de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden)
Belasting |
Aanslag 2020 |
Aanslag 2021 |
Verschil % |
Absoluut € |
---|---|---|---|---|
Meerpersoonshuishouden (huurwoning) Ingezetene, met 3 v.e. |
€ 321,59 |
€ 331,45 |
3,1% |
€ 9,86 |
Eenpersoonshuishouden (huurwoning) Ingezetene, met 1 v.e. |
€ 211,63 |
€ 218,11 |
3,1% |
€ 6,48 |
Meerpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 3 v.e. en WOZ-waarde van € 250.000. |
€ 458,14 |
€ 471,17 |
2,8% |
€ 13,03 |
Eenpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 1 v.e. en WOZ-waarde van € 250.000. |
€ 348,18 |
€ 357,83 |
2,8% |
€ 9,65 |
Meerpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 3 v.e. en WOZ-waarde van € 400.000. |
€ 540,07 |
€ 555,00 |
2,8% |
€ 14,93 |
Eenpersoonshuishouden (eigen woning) Ingezetene, met 1 v.e. en WOZ-waarde van € 400.000. |
€ 430,11 |
€ 439,97 |
2,3% |
€ 9,86 |
Glastuinbouwbedrijf WOZ-waarde € 1.500.000, 2 hectare ongebouwd, 3 v.e. |
€ 1.183,24 |
€ 1.214,14 |
2,6% |
€ 30,89 |
Agrarisch bedrijf Opstallen met WOZ waarde € 240.000, 25 hectare ongebouwd en 3 v.e. |
€ 2.783,53 |
€ 2.876,89 |
3,4% |
€ 93,36 |
Melkveebedrijf WOZ-waarde € 400.000, 40 hectare ongebouwd, 3 v.e. |
€ 4.363,42 |
€ 4.509,96 |
3,4% |
€ 146,54 |
Natuurterreinbeheerder 1.000 hectare ongebouwd |
€ 9.200,00 |
€ 9.510,00 |
3,4% |
€ 310,00 |
Groothandel WOZ-waarde € 2.000.000, 10 v.e. |
€ 1.642,21 |
€ 1.684,44 |
2,6% |
€ 42,24 |
Metaalbedrijf WOZ-waarde € 10.000.000, 450 v.e. |
€ 30.203,03 |
€ 31.090,22 |
2,9% |
€ 887,19 |
NB:
De aanslagoplegging voor eigenaren gebouwd 2020 is gebaseerd op de WOZ-waarde met peildatum 1-1-2019. De aanslagoplegging voor eigenaren gebouwd 2021 is gebaseerd op de WOZ-waarde met peildatum 1-1-2020.
In de voorbeeldaanslagen is rekening gehouden met een verwachte stijging van de WOZ-waarde van 1-1-2019 naar 1-1-2020 met 6,6%. De aanslag 2021 van een woning met een WOZ-waarde met peildatum 01-01-2020 van € 250.000 is daarom te vergelijken met de aanslag 2020 van een woning met een WOZ-waarde met peildatum 01-01-2019 van € 234.521.
Recapitulatie tarieven 2021
Categorie |
Eenheid |
Watersysteemheffing |
Wegen |
---|---|---|---|
Ingezetenen per woonruimte (in €) |
Woonruimte |
113,96 |
47,48 |
Gebouwd totaal |
% WOZ-waarde |
|
0,01272% |
Gebouwd binnendijks |
% WOZ-waarde |
0,04316% |
|
Gebouwd buitendijks |
% WOZ-waarde |
0,02158% |
|
Ongebouwd per hectare (in €) |
hectare |
|
13,61 |
|
hectare |
89,30 |
|
|
hectare |
446,50 |
|
|
hectare |
44,65 |
|
|
hectare |
223,25 |
|
Natuur totaal per hectare (in €) |
hectare |
|
1,61 |
|
hectare |
7,90 |
|
|
hectare |
3,95 |
|
De verontreinigingsheffing voor 2021 bedraagt € 56,67 per vervuilingseenheid.
De zuiveringsheffing voor 2021 bedraagt € 56,67 per vervuilingseenheid.
Uitgangspunten belastbare eenheden begroting 2021
Belastbare eenheden watersysteemheffing
Belastbare eenheden 2021 watersysteemheffing |
Totaal |
Totaal |
---|---|---|
Ingezetenen (aantal) |
|
419.000 |
Gebouwd totaal (WOZ-waarde) |
|
€ 134.227.000.000 |
|
€ 132.410.000.000 |
|
|
€ 1.817.000.000 |
|
Ongebouwd Totaal (hectare) |
|
132.957 |
|
116.067 |
|
|
7.306 |
|
|
9.324 |
|
|
260 |
|
Natuur totaal (hectare) |
|
26.541 |
|
12.139 |
|
|
14.402 |
|
Belastbare eenheden wegenheffing
Belastbare eenheden 2021 wegenheffing |
Begroting 2021 |
---|---|
Ingezetenen (aantal) |
89.000 |
Gebouwd totaal (WOZ-waarde) |
€ 28.051.000.000 |
Ongebouwd totaal (hectare) |
32.206 |
Natuur totaal (hectare) |
2.847 |
Het aantal vervuilingseenheden zuiveringsheffing
Vervuilingseenheden |
Begroting 2021 |
---|---|
Woningen |
1.001.000 |
Bedrijven |
288.000 |
Totaal |
1.289.000 |
Het aantal vervuilingseenheden verontreinigingsheffing
Vervuilingseenheden |
Begroting 2021 |
---|---|
Totaal |
6.900 |